Promotie Hester van Monsjou

voorblad proefschrift hester van monsjouOp 17 november 2015 zal Hester van Monsjou haar proefschrift verdedigen aan de Universiteit van Amsterdam: ‘Epidemiological characteristics of oral and oropharyngeal squamous cell carcinoma’.

Samenvatting:
Volgens verschillende studies uit de Verenigde Staten en enkele Europese landen is er afgelopen decennia een opmerkelijke stijging geweest van het aantal jonge patiënten (< 45 jaar) met hoofd-halskanker. Een mogelijke verklaring hiervoor ligt bij de gelijktijdige stijging van het aantal mondkeelholte-tumoren veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV), een virus dat wordt overgedragen via seksueel contact. Terwijl in de jaren ’70 ongeveer 23% van de hoofd-halstumoren HPV positief was, is dit volgens recente data uit de VS en Groot Brittannië tegenwoordig tot wel 65%. Van Monsjou toont via diverse studies, verricht met behulp van historisch en nieuw patiëntenmateriaal uit het Antoni van Leeuwenhoek, aan dat de situatie in Nederland anders is. Het aantal jonge patiënten met hoofd-halskanker is in ons land juist gedaald. Daarnaast is het aantal hoofd-halstumoren dat HPV positief blijkt te zijn in ons land wel gestegen, maar lang niet zo veel als in andere landen.
Onder oudere patiënten is het aantal gevallen van hoofd-halskanker in Nederland wel gestegen. Van Monsjou concludeert dat de belangrijkste oorzaken hiervan roken en overmatig alcoholgebruik zijn. Zij benadrukt daarom dat stoppen-met-roken en -drinkenprogramma’s belangrijk zijn en blijven voor de preventie van dit type tumoren, alsmede voor preventie van de vele andere ziekten die een hoger risico op voortijdig overlijden geven bij deze risicogroepen.

On November 17, 2015 , Hester van Monsjou will defend her doctoral thesis at the University of Amsterdam: ‘Epidemiological characteristics of oral and oropharyngeal squamous cell carcinoma’.

According to a number of studies from Europe and the United States, there has been a notable rise in the incidence of head- and neck cancers among young patients (< 45 years) in the past few decades. A possible explanation for this lies within the simultaneous rise of HPV positive tumors. HPV (short for human papillomavirus) is sexually transmitted, so this rise can reflect changes in sexual behavior within the society. In the seventies, about 23 percent of the head- and neck tumors were HPV positive. According to recent studies from the US and United Kingdom, this is now up to 65 percent. Van Monsjou shows that the situation here in The Netherlands is different. For this, she used large collections of historical and recent patient material from patients who were treated in the clinic of The Netherlands Cancer Insitute. In The Netherlands, the incidence of young people with head- and neck cancer hasn’t increased, but decreased. Also, even though there is a slight rise in the percentage of head- and neck tumors which are HPV positive, the rise isn’t as sharp as it is in other countries.
There has been an increase though in the incidence of head- and neck tumors among Dutch patients over 45. Van Monsjou concludes that the main causes of this seem to be smoking and excessive alcohol intake. She therefore stresses that programs which help people quit smoking or drinking are still and will continue to be important. Both for preventing head- and neck cancer, as well as preventing the several other diseases that can cause people within these risk groups to die prematurely.